Dit is een gastcolumn van Anna.
Ik kwam net uit een knipperlicht relatie van 23 jaar met iemand waarvan ik achteraf pas ontdekte dat hij een narcist was. Het telkens aantrekken, hem terug laten komen en daarna weer alleen komen te staan hakte er goed in. Zeker ook omdat ik de zorg had over een zoon met een ernstige meervoudige beperking en een dochter.
De vader van de kinderen had het zwaarder, vond hij zelf. Daarom vertrok hij met zijn verse vlam naar een ander land om vanuit daar zijn rol voort te kunnen zetten als gelegenheidsvader. Ik was opgelucht dat hij wegging, maar moe van al het vechten voor kinderalimentatie en het vormgeven van iets van een omgangsregeling. Toen ik eindelijk een beetje ruimte voelde voor mezelf durfde ik de stap aan om een profiel te zetten op een landelijke datingsite. Al was het maar om te checken of ik nog een beetje in de markt lag. Het intensieve zorgen naast het constante gevecht voor de kinderen had zijn sporen achter gelaten.
Al vrij direct kwamen er berichten binnen van mannen die op zoek waren. De meeste bedankte ik vriendelijk, maar eentje was wel erg direct. Ik vond al snel gedeelde interesses en wat mij vooral aansprak was dat hij ook het liefst rust zocht met iemand. Zo konden we samen onze nare exen beter aan. Ik besloot hem te laten bellen. Eens moest ik weer wat vertrouwen vinden om ook eindelijk aan mezelf te kunnen denken.
Hij had wel haast merkte ik. Al woonde hij in een andere stad, er moest een date komen, dicht bij mij, in een restaurant. Ik had gelukkig een oppas kunnen vinden en ging het aan. Hij kwam als een leuke, aardige man over die net als ik een rugzak had van ellende. Zijn uiterlijk was knap. Hij benoemde zijn beroep als druk, maar vooral dat zijn kinderen voor alles kwamen. Dus alles wat ik zo mistte aan mijn ex, die de kinderen alleen maar zag wanneer het hem uit kwam. Dat hij de rekening wilde delen zag ik niet direct als storend. Ik ging behalve heel soms met een vriendin nooit meer op date. Hij gaf me een harde gepassioneerde kus en dromerig fietste ik naar huis waar het gewone leven weer plaatsnam.
Dat hij er geen gras over liet groeien merkte ik snel. Het volgende vrije weekend, waar de kinderen even weg waren, stond hij met een rolkoffer op de stoep. Ik zag de rode vlag niet, of wilde die niet zien. Ook niet dat ik merendeel van de cafeetjes betaalde waar we koffie gingen drinken. Mijn ex vertelde altijd dat ik niets deed. Dat hij de kar moest trekken terwijl ik maar op zijn zak teerde. Blijkbaar zaten die kwetsende nare opmerkingen zo in mijn systeem dat ik er alles aan deed om te bewijzen dat hij fout zat. Dat ik geld had gekregen na het overlijden van een van mijn ouders gaf mij ook de mogelijkheid om wat vrijgeviger te zijn.
Zo begon zich een relatie waarin ik overdonderd werd door beloftes van vakanties. Aandacht en liefde. We facetimede ook vaak, waarin ik hem soms aantrof met een andere blik. Een andere toon van spreken. Maar zijn excuus was altijd dat zijn ex hem iets had aangedaan of dat hij de kinderen niet mocht zien.
Hij biechtte op dat hij vastgezeten had maar dat kwam door zijn ex. Ik kreeg bewijzen van zijn onschuld en ik koos ervoor om verder te gaan. De steeds rodere vlaggen wilde ik niet zien… Mijn leven was verre van ideaal met mijn ex die continu alle grenzen over ging, dus ik begreep ook wel waar hij vandaan kwam.
Op een avond kreeg ik van hem foto’s toegestuurd van mooie huizen in de stad waar hij woonde. Hij had het plan dat hij met mij daar wilde huren. Dan kan hij zijn kinderen een thuis geven naast dat mijn kinderen ook eindelijk in een gewoon gezin zouden opgroeien. Maar dan moest ik snel die stap nemen. Dat dit al na drie maanden gebeurde, zag hij niet als reden om voorzichtig of rustig aan te doen. Mijn uitgesproken twijfel was een afwijzing voor hem. Dan zou hij dus ook niet verder met mij willen. Boem! Het was alsof ik een stomp in mijn maag kreeg. Ik wilde hem niet kwijt. Maar ik wilde ook niet dat mijn kinderen alles moesten opgeven. Mijn meervoudig gehandicapte zoon zou dan ergens anders alles weer moeten opbouwen.
Iedereen om mij heen liet mij weten dat dit een mooie kans zou kunnen zijn. Eindelijk een leuke man die er voor mij kan zijn. Dat na alle ellende van mijn ex ik ook geluk verdiende. Dus ik begon knopen door te hakken. Ik begon steeds verder van mezelf af te staan en ik wilde geloven dat mijn leven beter zou kunnen worden als ik de stap zou gaan zetten. Natuurlijk moest het huurcontract op mijn naam staan. Ik was zo opgegaan in het verhaal van deze man dat ik blind geworden was dat dit een zeer grote rode vlag was die voor mijn ogen wapperde. Ook zag ik steeds vaker die verwilderde blik in zijn ogen als hij mij via FaceTime sprak. Toch had ik alles geregeld voor mijn kinderen. Ze zouden zeer goed terecht komen in onze nieuwe stad. Het voelde alsof ik een verse nieuwe stap kon zetten. Het oude vergeten. Daarom koos ik ervoor het slechte niet te willen zien wat op mij af kwam.
Een dag voor de verhuizing kreeg ik het bericht dat hij ontslagen was. De huisschilder die ik betaalde vertelde mij over de telefoon dat hij een raar gevoel kreeg van die man die op een opblaasmatras in ons huis sliep. Ik negeerde zijn waarschuwing en zette de verhuizing door. In die weken gebeurde er veel dingen die vreemd waren. Ik merkte bijvoorbeeld dat hij erg veel dronk. Ik vond steeds vaker lege drank flessen in onuitgepakte dozen. Onder stapels linnengoed. Maar het was ook fijn om samen te zijn. Het huis maakte ik gezellig en mooi.
Op een dag stormde hij naar buiten waar ik met de kinderen zat in de zon. Hij was erg overstuur en vertelde warrig dat zijn ex met hun kinderen aan de andere kant van het land gingen verhuizen. Ik vond hem zo verward dat ik hem meenam die avond en de kinderen weg bracht naar hun grootouders. Die verwilderde blik was er weer en aan een tafel van het restaurant voelde ik me steeds banger worden. Ik besloot weg te gaan en liet hem achter. Iets in mij zei dat ik moest vluchten.
Toch kon ik het niet. Waarschijnlijk vanwege die angst voor hem. Wat hij mij aan zou kunnen doen. Ik had nu in een paar maanden al vaak gezien dat hij een ander persoon werd zo nu en dan. De rit naar ons huis was vreselijk. Hij werd buiten zinnen van woede. Bedreigde mij terwijl ik probeerde de auto op de rechterbaan te houden. De meest nare verwensingen moest ik aanhoren. Ik verkrampte van angst. Toch kon ik zijn telefoon afpakken toen we bijna thuis kwamen. Ik deed zijn raam half open en gooide zijn mobiel in het gras vlakbij een sloot. Het was alsof ik overgenomen was door iemand die precies wist wat die moest doen in nood. Ik trok de deur snel dicht en begon als een gek alles van waarden veilig te stellen. Dozen met mijn fotoalbums onder het bed. Mijn computer daarbij. Tot hij achter mij stond en mij een harde duw gaf. Hij trok me het balkon op wat achter het grote huurhuis lag aan het water. Daarvoor had hij mijn telefoon afgepakt en dreigde mij iets aan te doen als ik hulp riep. Hij sloot mij op en ik zag hem als een roofdier heen en weer lopen.
Even dacht ik te kunnen ontkomen door in het water te springen en bij de buren aan te kunnen kloppen. Ik was steeds meer verdoofd door angst. Dus ik besloot het af te wachten. Toen hij na een hele tijd de deur open deed snelde ik naar onze slaapkamer. Ik kon de deur niet op slot doen. Vanuit het bed zag ik hem mijn telefoon op de grond smijten. Hij stampte er op, net zolang die helemaal stuk was. De volgende morgen sloop ik naast beneden. Ik had niet geslapen. Maar gewacht tot het stil was. Hij sliep op de bank. Ik zag mijn spullen in het water drijven vanaf de keuken. Als in een trans heb ik die dag alles van het huis schoon geschrobd. Mijzelf ook. Ik kon niet ophouden met poetsen. Alsof ik alles zo beter kon maken.
De twee weken daarop leefde ik als een robot. Ik zorgde voor de kinderen. Op een ochtend om vijf uur werd er op de deur gebonkt en aangebeld. Zes politie agenten stonden op de stoep. Blijkbaar had hij ook andere mensen bedreigd of lastig gevallen. Hij werd afgevoerd. Gelukkig hebben de kinderen dit niet meegekregen. In de drie dagen dat hij weg was ging ik op zoek naar uitwegen. Ik vond in zijn dozen bewijs van rechtszaken. Contactverboden, schuldeisers, reclassering brieven die nooit geopend waren. Er ontstond bewijs dat ik te maken had met iemand die echt een psychopaat is. Iemand die verrot was tot op het bot en bovendien gevaarlijk. Ik wist alleen niet hoe ik dit zo snel mogelijk zonder gevaar voor mijn kinderen moest oplossen. Dus ik haalde hem op van het gerechtshof en besloot naar een uitweg te zoeken.
Die kwam al snel toen hij op een avond weer die verwilderde blik kreeg. De kinderen had ik op bed gelegd toen ik harde muziek hoorde boven. Telkens hetzelfde nummer met een soort kerkbel aan het einde. Ik verkrampte weer en begon weer hevig te trillen. Mijn benen en armen schudde toen hij naar beneden liep en vertelde dat hij mij ging omleggen. Hij kende een zware crimineel, iets waar hij het altijd over had als hij in zo’n bui kwam. Er was iets verandert in mij. Ik liet dit niet gebeuren, zeker niet vanwege mijn kinderen die in huis waren. Ik zag kans om hem buiten de deur te sluiten. Misschien gooide ik iets kostbaars van hem naar buiten, ik weet het niet meer. Ik belde direct de politie en gaf aan dat ik in gevaar was, mijn kinderen ook. Al snel hoorde ik stemmen buiten terwijl het gebonk op de deur stopte. Het waren de agenten die hem al in het vizier hadden en blijkbaar gelijk wisten dat het nodig was. Toen ze hem hadden verwijderd en gezorgd hadden dat zijn huissleutel niet in zijn bezit was kwam ik een beetje tot rust. Een agent sprak mij vriendelijk aan en vertelde dat dit moest stoppen. Dat alleen ik dit kon stoppen. Ik nam zijn waarschuwing serieus en heb gelijk korten metten gemaakt. Het slot werd verandert. Ik heb hem een bericht gestuurd dat hij drie dagen daarna zijn spullen kon ophalen, anders zette ik alles op straat. Een buurman kwam langs toen hij mokkend zijn troep ophaalde.
Daarna heb ik nog een tijdje telefoontjes gehad. Bedreigingen. Berichten. Ik nam een ander nummer. Zocht een baan en besloot mijn leven daarna op te pakken. Ik mocht van mijzelf niet de kinderen weer de dupe te laten zijn van mijn slechte keuzes. Toch was ik beschadigd. Bang ook. Ik keerde in die tijd niet naar binnen maar handelde juist erg naar buiten. Alsof ik alles van me af wilde slaan. Opzoek gaand naar afleiding. Weer op een datingsite zoeken naar mannen die mij dit trauma konden laten vergeten. Ik was mezelf niet meer. De vader van mijn kinderen nam dit natuurlijk aan als dat ik labiel zou zijn. Vanaf zijn verre afstand en de zijkant vocht hij voor een reden om de kinderalimentatie weer te korten. Dus rust kon ik niet nemen. Ik moest alleen maar door.
Uiteindelijk ben ik weer terug verhuisd naar mijn geboortestad. Ik heb nog een paar jaar af en toe last gehad van de man. Maar ik maakte daar dan gelijk een melding van bij de politie. Dat hielp. Op een dag kreeg ik een mail van een psycholoog van hem, vast vanuit de reclassering. Of ik hem te woord wilde staan, hij had zo’n spijt. Ik geloof dat ik heel duidelijk heb omschreven dit nooit meer te gaan doen. Dat hij een groot gevaar is en altijd zal blijven. Daarna heb ik nooit meer wat gehoord. Hij zal vast wel een heleboel slachtoffers hebben gemaakt. Wat ik daarna te weten ben gekomen is dat hij nooit had gewerkt waar hij zei te werken. Dat hij nooit huur had betaald van het huis voor ons huis. En dat hij zeer berekend te werk is gegaan met mij op te lichten.
En nu, jaren later is het rustig. Ik heb al die tijd geen relatie gehad. Ik heb het te druk met de kinderen, mijn werk en met mezelf. Een psychotherapeut noemde eindelijk eens waar ik mee te maken heb gehad; een narcistische ex en ook een psychopaat erbij. Ze zei dat ik daar het slachtoffer van ben geworden en in dat jaar van therapie ben ik sterker en rustiger geworden. Ik voel me niet meer direct angstig als ik een film zie over iemand die op een ex lijkt. Ik heb afstand genomen van alles wat ik zou moeten verwachten van de vader van mijn kinderen. Als hij een vader wil zijn, dan moet hij dat zelf oplossen. Al met al ben ik gelukkig. De schaamte die ik voelde ben ik kwijt. Ik weet dat ik handelde vanuit liefde en goed willen doen naar mijn kinderen.
Een reactie op “Die narcistische blik: ik was in gevaar”
Dat lijkt op een horror. Ik herken mijn moeder, maar dan als verborgen psychopaat. Het is een crimineel kun je gerust zeggen. Ze heeft mijn erfenis van mijn vader gestolen en mij opgelicht met dat geld terwijl ik in de bijstand zat. Mijn vader heeft zijn legaten voor de kinderen ter hoogte van het toegestane vermogen in de bijstand berekent. Elk kind in de bijstand had kunnen erven. Ik ook. Maar zij wilde mij het geld niet geven. Ze heeft op ‘het graf van mijn vader, haar man gedanst’ en over zijn lijk heeft ze haar zin door gedreven over zijn laatste wilsbeschikking heen. Het is niet te bevatten hoe misdadig een op het oog gewone vrouw [man] kan zijn.
Mijn moeder dreigde me met de dood: ‘het doel heiligt alle middelen, er moeten nu eenmaal dooien vallen, ook als jij dat bent.’ Haar doel is mij gek van angst te krijgen, knettergek van onrecht, om me zo wilsonbekwaam te kunnen maken en dat hoopte ze te doen met geld. Geld was het middel om haar doel gedaan te krijgen. En waar ben je kwetsbaarder dan in de bijstand….
Het goede nieuws is dat dit NIET IS GELUKT. Ik was al goed bezig toen ik de website ‘het verdwenen zelf’ vond en mede door de boeken van Iris een enorme overtuigingskracht kreeg dat ik inderdaad goed bezig was. Uit de boeken leerde ik hoe ik met deze dingen om moest gaan – niet happen vooral – en bracht dat consequent in praktijk! Met goed resultaat. Ik heb nu een bewijs dat moeder mij voor de tweede keer heeft willen oplichten en ik NEE heb gezegd.
Er was al twaalf jaar afstand toen ik haar terugzag in de rechtbank. Ze kwam binnen als een gebogen oud vrouwtje [toen 94] met zwarte kousen [gespeelde gereformeerde gelovige] en een wandelstok waarop ze leunde. Ze was geheel gericht op de rechter [om hem te manipuleren] en heeft mij geen een keer aangekeken tijdens de zitting en erna ook niet. Alles was spel, want toen ze [verborgen] boos werd omdat ze de rechter niet helemaal in haar macht kreeg, vroeg ze een pauze, waarop ze wegliep…..ZONDER WANDELSTOK.
Allemaal nep dus. Psychopaten zijn gewetenloos gemeen en heel gevaarlijk, ja criminelen! Wat een [onnodige] ellende heb jij meegemaakt. En ik ook. Anna, ik wens je heel veel geluk en wijsheid toe en een ECHT SAMEN.