Dit is een gastcolumn van Sara.
Vorige week zaterdag de workshop van Het Verdwenen Zelf meegemaakt. Dat was een hele belevenis. Die vrijdagnacht was het weer voor de zoveelste keer raak. Ik kon niet slapen. In en in verdrietig voelde ik mij. Ondanks dat mijn therapeute mij tips had gegeven om mijn stress te visualiseren, kreeg de angst weer de overhand. Huilen en huilen dat ik deed. Uiteindelijk vielen we van vermoeidheid in slaap. Ik was toen al lang in de overtuiging dat het ‘m niet zou worden, de workshop de volgende dag. Zo’n heftige dag, daar heb je een goede nachtrust voor nodig. De volgende ochtend maakte mijn man Johan mij heel voorzichtig wakker. Ik ging recht overeind zitten en hoorde hem iets zeggen over beslissen om te gaan. Het kwam dof bij mij binnen. Toen kreeg ik de tegenwoordigheid van geest om mijn oordoppen uit mijn oren te halen. “Sorry schat, we hebben ons verslapen. Het is 08.00 uur, we moeten nu beslissen of we gaan of niet.”
Ik had geen idee hoe ik mij voelde. Mijn angstlogica gebied altijd dat ik dit soort dingen helemaal niet aan kan als ik niet goed geslapen heb. “Ik zie het wel zitten, jij?”, zei ik. Ik dacht: “Wat zeg ik nou? Hoezo “ik zie het wel zitten”. Dat kan ik nog helemaal niet goed bepalen. Ik moet eerst de commissie Reizen bij elkaar roepen. Maar de voorzitter Angst is nog niet wakker. En ik heb nog geen agenda opgesteld. We moeten het nog hebben over de lengte van de reis en de paniek-energie verhouding die daarbij een rol speelt. Ook had ik nog helemaal niet met de Commissie Emotionele Sociale Situaties kunnen overleggen over de vraag of de mogelijke gevaren die voor mij schuilen in een dergelijk evenement wel haalbaar zijn in mijn huidige situatie. Hell, ik heb nog niet eens de mogelijke gevaren kunnen inventariseren. In wat voor gebouw zitten we? Hoe groot is de groep? Kunnen wij tussendoor weg? Kan ik bij Johan blijven? Is het wel warm genoeg in het gebouw, zodat ik niet de hele tijd zit te rillen? Zullen ze denken dat ik een narcist ben? Hoor ik daar nou wel bij te zijn? Wat als ik een paniekaanval krijg? En ‘mijn huidige situatie’? Ik heb wel een half uur nodig voordat ik kan beginnen te bepalen wat ‘mijn huidige situatie’ is. Mijn stresslevel. De mate van moeheid. De hoeveelheid pijn in mijn buik en mijn rug. Wel belangrijk te weten om te bepalen of ik dit wel aan kan. Maar nee hoor, ik negeer protocol en zeg dat ik het wel zie zitten. Ik denk dat mijn hersenen nog moeten opstarten of zo. Want dit gaat wel heel ver.”
Johan reageerde verbaast. “Ja? Oh, ok. Ja, ik zie het ook wel zitten.” Ik dacht: “Wat? Nee, wacht even dit gaat helemaal de verkeerde kant op. Tenminste, ik kan nog niet bepalen wat de goede kant op is. Ik moet eerst….” “Oke, nou we hebben een half uur. Dan gaan we er maar gauw uit en er vaart achter zetten”, zei ik vervolgens. Innerlijk volgde er weer een dialoog. “Waar is ze mee bezig? Ze negeert mij? Ze doet net alsof ze zonder mij kan. Maar dat kan toch helemaal niet! Ze heeft mij altijd nodig om dit soort beslissingen te nemen. Bij alle dagelijkse beslissingen klein en groot help ik haar om alles in goede banen te leiden en tot de perfecte beslissing te komen. En nu? Nu word ik gewoon in een hoek gezet! Dit gaat helemaal mis. Nee, je kan mij niet zomaar negeren en dan verwachten dat het allemaal goed komt. Deze regels heb je niet voor niks voor jezelf bedacht en altijd aangehouden. Als je nu weggaat zonder mij te raadplegen dan gaat het helemaal mis vandaag, helemaal mis!”
Oke, we hadden ons verslapen. Dat was stiekem wel een voordeel. Nu had ik geen tijd om na te denken over de beslissing om te gaan. Toch voelde ik de twijfel weer knagen. Nee, dacht ik, we gaan het gewoon doen. En als het niet gaat dan gaan we gewoon weer terug naar huis. We zien wel waar het schip strand. Wat is het ergste dat er kan gebeuren?
Oei, verkeerde vraag. Daar kan ik een hele grote denkmolen uren op laten draaien. Hoe ze ooit bij mijn oude therapie konden denken dat deze vraag goed was om voor te leggen aan een rampdenker. Zeker een professional als ik. Toen mijn toenmalige therapeute weer eens vroeg wat het ergste was dat er kon gebeuren, dit keer ging het om een vervelende werksituatie, heb ik mij eens een keer niet ingehouden en al mijn uitgebreide rampgedachtes daar op tafel gelegd. En ja, allemaal waren ook onderbouwd met goede argumenten waarom dat in deze situatie kon gebeuren. Mijn therapeute was even van haar stuk. Want als je die vraag stelt verwacht je natuurlijk dat je cliënt erachter komt dat de dingen die ze bedenkt toch niet zo heel erg zijn, of nergens op gebaseerd, of zelfs onmogelijk. Nee, geef mij vijf minuten met een issue en ik kan er zo de meest nare, vervelende, angstige, maar realistische uitkomsten bij bedenken. En dit onderwerp, daar had ik wel wat meer dan vijf minuten de tijd gehad om over na te denken. Toen ze al mijn rampideeën op haar whiteboard had geschreven en iets zei in de trant van: ja dat zou heel naar zijn als dat gebeurd, zag ik haar denken: hoe verdraai ik dit nou naar wat ik de cliënt wil leren? En daar kwam het. “Maar je gaat er niet dood aan.” Hmmmm. Twee gedachten kwamen bij me op. Allereerst, geef me even en dan verwerk ik dat er ook nog wel in. En ten tweede, dood gaan is voor mij niet het allerergste wat er kan gebeuren. Maar ik hield maar wijselijk mijn mond.
Het zou goed komen! Johan was bij me. Ik concentreerde mij gauw op het nagaan of we alles bij ons hadden. Daar gingen we dan op reis. Uiteindelijk hebben we een hele goede dag gehad! De reis was spannend, maar meer omdat ik zenuwachtig was over wat we die dag gingen doen dan de reis zelf. Toen we aan waren gekomen op de locatie en net in het kringetje van zestien mensen zaten, dacht ik nog even, “dit zaaltje is te klein. Dit is te benauwend. Ik trek het niet!”Maar toen kwam de vraag van een van de therapeutes of we allemaal om de beurt wilden benoemen wat voor ons veiligheid voor die dag betekende. Ik pakte mijn kans en heb de angst lekker in het midden van de zaal gezet. “Ik heb een angst- en paniekstoornis. Veiligheid betekent voor mij dat ik even weg kan lopen als ik paniekerig wordt.” Haha, nou kan je niks meer, sukkel”, zei ik tegen de angst.
Ik had zijn kracht weggenomen. Door de dag heen voelde ik hem nog wel af en toe. Maar hij kon mij niks meer maken. Een geweldig waardevolle dag is het uiteindelijk geworden. Eindelijk voelde ik mij serieus genomen en heb ik antwoord gekregen op voor mij hele belangrijke vragen, waarvan sommige vragen eigenlijk geheel buiten bereik vielen van deze workshop. De workshop heeft voor ons erg veel betekend.
Groetjes,
Sara
3 reacties op “Wat is het ergste dat er kan gebeuren?”
Beste Sara, ken jij het boek Ik (k)en mijn Ikken?
Heerlijk boek om te lezen, net als jouw blog. Het gaat over een bus met al je Ikken.
Die zaterdagochtend mochten “Moed”, “kracht” en “Humor” voorin de bus zitten en “Ik zorg goed voor mezelf” was de buschauffeur. “Angst” mocht deze keer achterin de bus zitten. En wat heeft het je die dag veel gebracht!
Je mag wel supertrots op jezelf zijn!! Goed gedaan!
Sara, wat ben jij moedig! En wat schrijf je mooi.
X Jenny
Beste Sara,
Ondanks het heftige onderwerp, vond ik je stukje humoristisch om te lezen. Wat een krachtig middel zeg, om “angst en paniek” gewoon in het midden van de zaal te parkeren en hem daarna uit te lachen.
En het is zo herkenbaar wat je schrijft over het niet slapen en dat je daar alleen al zo overstuur van kunt raken. Voor alle dagen die iets bijzonders in petto hebben, leuk, spannend of moeilijk, kan ik ook slecht in slaap komen en dan bedenk ik van te voren net als jij alle dingen die mis kunnen gaan en inderdaad, zo realistisch, daar is dan geen speld tussen te krijgen.
Zo zeg ik, op het laatste moment, nog wel eens dingen af of verander de manier waarop ik die betreffende dag door ga brengen of alleen al hoe ik ga reizen. Pak ik op het laatste moment ineens toch de auto, terwijl ik van te voren alles al geregeld had om met de trein te gaan. Op die manier omzeil ik dan alle nare scenario’s die ik voor die dag voor mijzelf bedacht had.
Het is een manier van omgaan met met, nog geen oplossing.
Ik wens je alle goeds en de kracht om “angst en paniek” te blijven parkeren waar ze horen, buiten je hoofd.
Marjon