De verdrietige clown

Dit is een gastcolumn van Aurora

Ik val maar meteen met de deur in huis: in sommige relaties verander je langzaam in de persoon die de ander nodig heeft. In wie je moet zijn om aan de behoeften van die ander te voldoen en om conflicten met die ander te vermijden. Dit is een kenmerk van een toxische relatie.

Begrijp me goed, ik snap dat je in elke relatie een beetje van jezelf inlevert, om plaats te maken voor de ander. Anders ben je wellicht meer bezig met een solovoorstelling dan met een relatie. De kunst lijkt mij om daarin samen een gezond evenwicht te vinden. En om daar regelmatig samen over te praten en waar nodig in bij te stellen. Maar voor de woorden samen en gezond is weinig plaats in een toxische relatie.

Denk jij nu ook aan het gezegde ‘In een relatie is het geven en nemen?’ Ik heb dat mensen, mezelf incluis, al vaak horen zeggen. Maar, zoals bij de meeste gezegden, is dit een oneliner. Een zin die mooi klinkt, maar die zonder context eigenlijk niet veel zegt. Goed beschouwd alleen maar een stukje zegt. De zin houdt als het ware te vroeg op.

Wat weinig mensen weten is dat het hele gezegde eigenlijk inhoudt: “Weten te geven en te nemen, d.w.z. in den omgang met anderen toegevendheid weten te verenigen met de zorg voor eigen belang. (Ensie 1914). En precies dat laatste, toch niet onbelangrijke stukje: toegevendheid weten te verenigen met de zorg voor eigenbelang, verdwijnt vaak ongemerkt uit het zicht in toxische relaties. De narcist weet zijn belangen altijd naar de voorgrond te brengen, terwijl jouw belangen ongemerkt steeds vaker naar de achtergrond verdwijnen. Geven en nemen wordt daardoor vaak: Jij geeft en hij neemt. Of: Jij geeft veel en hij geeft af en toe een beetje.

In een (langdurige) toxische relatie verander  je langzaam steeds meer in een schim van jezelf. Herstellen van narcistische mishandeling, het werkboek van Iris Koops is een van de beste boeken die ik over toxische relaties en narcisme las. De naam ‘het Verdwenen Zelf’ geeft exact weer in welke situatie mensen zich bevinden wanneer ze proberen te herstellen van narcistisch misbruik. Je hebt zoveel van jezelf ingeleverd en weggegeven, dat je zelf “verdwenen” lijkt. Dit wordt vaak pas duidelijk op het moment dat je los probeert te komen van een narcistische relatie.

Zolang je nog in de relatie zit, zijn er veel problemen, is er verdriet en angst, zijn er ruzies en is er eenzaamheid. Maar het is wel duidelijk wie en hoe je in de relatie moet zijn, welke rol je moet spelen. Daardoor zijn we geneigd te denken dat de oplossing ligt in het vervullen van jouw rol op de manier die de minste hommeles oplevert. Pas wanneer je los begint te komen van de narcist ontstaat er ruimte, tijd en noodzaak voor vragen als: Wie ben ik ook alweer? Wie was ik vroeger? Wat is daar nog van over? En: Hoe krijg ik dat weer terug?

Voor mij voelde de eerste periode na een langdurige toxische relatie alsof ik in de loop der jaren in een clown veranderd was. Een verdrietige clown, die lang een act opgevoerd had om de circusdirecteur en het publiek tevreden te stellen. Ik probeer voor je op te schrijven hoe dat precies in zijn werk ging, ‘een clown worden.’

Stel je voor dat iemand aan je vraagt of hij of zij een klein beetje witte schmink op je gezicht mag smeren. Ongeveer ter hoogte van je wang. Jij denkt even na.

  • De eerste gedachte die in je opkomt is; wat een gek verzoek eigenlijk… De tweede gedachte die in je opkomt is: Ik houd van die persoon. En ik wil hem graag een plezier doen. Maar om nou rond te gaan lopen met witte schmink op je gezicht, dat wil ik eigenlijk niet. De derde gedachte: Ik voel weerzin tegen het verzoek, maar je duwt dat gevoel al snel weg. Weerzin voelen is onaardig.
  • De ander ziet jouw twijfel en gaat verder met zijn smeekbede: “Ah, alsjeblieft. Een heel klein beetje maar? Een klein wit stipje? Ik zou het echt heel fijn vinden als dat mag!”
  • Jij twijfelt nog steeds, maar je voelt hoe je langzaam overstag gaat. Zo erg is het nou ook weer niet, denk je bij jezelf. Kleine moeite eigenlijk om die ander hiermee een plezier te doen. Dat voelt fijn, de ander een plezier  doen. Dus je glimlacht en je zegt: “Ja, inderdaad een klein stipje is oke. Ik vind het prima.” Je keert de ander je wang toe.
  • De ander zet een klein stipje op je wang. Het voelt een beetje ongemakkelijk, zo’n wit vlekje op je wang. Maar je ziet hoe blij die ander is met dat stipje op jouw wang. De ander waar jij van houdt. Je zegt tegen jezelf: “In een relatie is het geven en nemen” en dit geef jij graag.
  • De volgende dag vraagt de ander aan jou: “Mag ik alsjeblieft nog een beetje witte verf op je wang doen, ik vind zo fijn als dat mag. Maar jij denkt: “Nee. Nee, nu is het echt even genoeg. Ik wil dit niet weer.”
  • De ander kijkt heel beteuterd. Maar jij houdt deze keer voet bij stuk.
  • Hij kijk naar jou en zegt: “Oké, oké. Als jij niet wil dan zal ik daar mee proberen te leren leven. Ik vind het jammer, omdat het maar een kleine moeite is, maar het is geven en nemen en ik accepteert dat jij hier nou eenmaal wat stug in bent.”
  • Jij blijft met gemengde gevoelens rondlopen: 1. Fijn dat ik niet meer schmink op mijn wang heb, 2. Naar dat hij zich er zo rot onder voelt.

De volgende week vraagt de ander: Goedemorgen lieverd! Mag ik nog een beetje schmink op je wang smeren?

  • Jij denkt na en je zegt: “Nou eigenlijk vind ik dat ene stipje voor nu wel genoeg.”
  • De ander kijkt opnieuw beteuterd. Dat voelt naar. Het geeft een onbestemd, akelig gevoel in je buik. Alsof je tekort schiet. Egoïstisch bent. Je wil die ander niet teleurstellen. Al helemaal niet als het om iets gaat dat eigenlijk een kleine moeite zou moeten zijn.
  • De ander probeert een concessie te doen: “Mag ik dan een klein beetje rode schmink op je neus doen? Een heel klein stipje, dat zou ik echt heel fijn vinden!”
  • Jij denkt na, je twijfelt. Je ziet zijn verwachtingsvolle blik. Je denkt bij jezelf: dat witte stipje wilde ik ook al niet. Ik kan niet tegen alles nee zeggen. En dus zeg je: “Oké, vooruit dan maar, zeg je. Een heel klein rood stipje is goed.
  • Een week later probeert hij het weer: “Mag ik wat witte schmink op je wang zetten?”
  • Jij denkt aan hoe beteuterd hij was toen het de laatste keer niet mocht. Jij denkt aan hoe blij hij keek toen het wel mocht.
  • Je zegt tegen jezelf: Ach het is ook echt maar een kleine moeite. Je zegt tegen jezelf: Het is geven en nemen in een relatie.
  • Je zegt tegen jezelf: Hoe erg is nu een klein beetje witte schmink op mijn wang?
  • En je zegt tegen hem: “Ja hoor,” terwijl je hem je wang toekeert.

En zo raak je er langzaam aan gewend. Elke keer dat die ander vraagt of er schmink op jou gezicht mag, pas je je aan. En elke keer dat je nee gezegd hebt, gaat ongemerkt meetellen als gewicht om een volgende keer ja te moeten zeggen. Als dit lang zo doorgaat, verander je langzaam in iemand die steeds meer onder de schmink zit. En als dit heel lang doorgaat, dan worden al die kleine stipjes samen langzaamaan een volledige schmink.

Toen ik na 20 jaar in de spiegel keek voelde het alsof ik een complete clown zag. Inclusief veel te grote flapschoenen en een oranje pruik. Ik zag een hele verdrietige clown. Iemand die niet meer was wie ze ooit geweest was. En ik dacht: “Waar ben ik in hemelsnaam gebleven? Wie ben ik ook alweer onder al die schmink? Hoe is dit zo gekomen? Waarom heb ik dit laten gebeuren? Kan ik mezelf weer worden? Waar moet ik beginnen?”

Wat ik toen niet zag, maar nu wel kan zien:

  1. Ergens nee tegen zeggen is het aangeven van wat mijn grens is.
  2. De ander reageerde alsof ik mijn grens op de verkeerde plek legde. Specifieker was dit eigenlijk: op een plek die hem niet goed uitkwam.
  3. De ander deed alsof het volstrekt logisch was, een vaststaand feit dat mijn grens op de verkeerde plek lag.
  4. De ander deed alsof hij me een alternatief aanbood (een rode stip ipv een witte stip). Eigenlijk was dat meer van hetzelfde maar dan in een andere verpakking.
  5. De ander deed alsof het een “geven” van zijn kant was dat dat hij geen probleem maakte van het feit dat ik mijn grens op de verkeerde plek legde. Sterker nog, hij werkte de indruk dat ik nu bij hem in het krijt stond. Ik stond als het ware 1-0 achter op de geven-nemen balans.
  6. Als ik mijn grens verlegde en mijn wang wel “gaf”, dan stond ik nog steeds op 0-0 op de geven-nemen balans. Waarom? Omdat mijn geven “vanzelfsprekend” was. Het was zogenaamd niet meer dan volkomen terecht mijn dat ik mijn eigenwijze, onhandige en verkeerd geplaatste grens los zou laten. Iets waar ik, verdrietig genoeg ook zelf ging geloven. Verdrietig omdat je daardoor afleert je grenzen te respecteren en als volwaardig ijkpunt te zien.

Het steeds met je ogen knipperen, omdat je niet kunt geloven/volgen wat er gebeurt, en bijna fysiek misselijk worden van alle nieuwe inzichten die op je af komen, lijken onlosmakelijk verbonden met het proces van loskomen van een toxische relatie. Ook daarover schrijft Iris veel in haar boek. Zij noemt dit de achtbaan van de narcist of psychopaat en dat is zo herkenbaar voor iedereen die de narcist begint te doorzien. Haar boek was voor mij vaak een leidraad in een leefwereld die verder niet veel vaste handvatten meer leek te hebben.

Met mij is het weer goed gekomen, ik heb mezelf weer teruggevonden. En ik voel me al heel lang geen clown meer, maar dat heeft jaren geduurd.
Ik moest mezelf veel aan- en vooral veel afleren. Ik moest weer durven voelen wat ik eigenlijk echt voelde. De moed verzamelen mezelf af te vragen wat ogenschijnlijk helemaal niet bevraagd mocht worden. Misschien helpen de bovenstaande inzichten jou ook op weg naar het hervinden van dat wat verloren lijkt. Met de nadruk op: wat verloren lijkt. Want je kunt de verdwenen delen van jezelf gaan zoeken en weer terugvinden. Echt.

Onderstaand gedicht geeft voor mij de kern weer van waar het om gaat.

“Hij was maar een clown, in ‘t wit en in ‘t rood,
Zijn hoed was te klein, zijn schoenen te groot.

Hij lachte en sprong, in ‘t felgele licht,
Maar onder die lach zat een droevig gezicht.

De herinnering blijft aan die clown met z’n lach,
Hij heeft alles gegeven tot de laatste dag.

Niemand kende de pijn van zijn stille verdriet
Want er was op het einde niemand die hij verliet.

–  De Clown, Ben Cramer –

15 gedachten aan “De verdrietige clown”

  1. Beste Aurora,

    Ik lees: ondergaan, vallen, opstaan, doorgaan…
    Ik denk: maar hoelang nog….
    Ik voel: verwarring, vertwijfeling…..
    Ik merk: niemand die het ziet of hoort….
    Ik durf: niet te delen…..
    Ik zet: hun wereld op z’n kop

    Niemand zal mij geloven. Eenzaamheid.

    Lieve groet,
    Annelies

    1. Dag Annelies,

      Dankjewel voor het delen van jouw gedachten die een gedicht zijn.
      Bewonderenswaardig hoe je het effect van narcistisch misbruik in enkele woorden samen weet te vatten.

      Ik vermoed dat je in het NU schrijft en dat je jezelf op dit moment nog steeds eenzaam voelt. Als dat klopt: weet dan dat je nu wellicht niet geloofd wordt op plekken waar je heel graag geloofd zou willen worden. Maar de wereld is altijd groter dan de wereld die de narcist schetst in kamertjes van hulpverleners, op school, aan de eettafel bij familie enzovoort.

      Ik wens je dan ook toe dat je mensen om je heen hebt (of blijft zoeken) die jou wel geloven en steunen. 1 of 2 van zulke vrienden maken een wereld van verschil.

      Take care Annelies!

      Lieve groet,
      Aurora

      1. Beste Aurora,

        Dank je voor je fijne woorden.
        Helaas, ik kan niet weg. Ik kan mijn kinderen en kleinkinderen geen verdriet doen.
        Mijn hart breekt. Eens hoop ik dat ze lezen hoe het werkt en begrijpen wat me vroeger maar ook nu is overkomen. Wellicht is er dan erkenning.

        🙏 Annelies

  2. Mooi omschreven, herkenbaar. Vreselijk dat jij dat hebt moeten meemaken. Ik leer steeds meer compassie voor mijzelf te voelen dat ik dit heb moeten meemaken. Een artikel over verlies, pijn, de tactiek van de narcist, hoe het er in sluipt, het verleggen van grenzen, angst voor afwijzing, oude pijn maar ook hoop de opgedwongen schmink is eraf, en daar onder een prachtig mens, die er mag zijn. Die heeft gevochten en is gegroeid ondanks de pijn, een inspiratie, zo wil ik ook zijn. Vrij, mijzelf met al mijn kwetsbaarheden.

    1. Dag Sonja,
      Dankjewel voor je mooie woorden! En lang leve het ontwikkelen van zelfcompassie.
      In mijn beleving is groei een beweging naar binnen toe, naar de persoon die je meest oorspronkelijk was, bent en wil worden.
      Lieve groet, Aurora

  3. Je schrijven voelt voor mij heel dubbel, Aurora,
    Mijn narcistische ex huilde als hij zijn zin niet kreeg of trok een pruillip. Ook vertelde hij aan de kinderen en anderen hoe moeilijk ik was.

    Ik was degene die steeds moest inleveren, hem doorkreeg en toch 29 jaar in dat huwelijk ben gebleven.
    Mezelf helemaal kwijt was geraakt/2x leeg gegeven , ondanks waarschuwingen van de huisarts, de dokter in het ziekenhuis, een therapeut e.a. ging ik door.
    We hadden een boerderij en 5 kinderen, dat kan je niet zomaar opgeven.
    Als ik eerder was opgestapt, toen de kinderen nog klein waren, had ik de kinderen nooit meer mogen zien. Nog 10 jaar langer gebleven.
    Nu ben ik ze ook kwijt, ze hebben zo’n verkeerd beeld van mij gekregen. Door mij, omdat ik ziek geworden was van alles ( lichamelijk en geestelijk) en door hun toxische vader die alle aandacht op zichzelf vestigde, huilde wanneer het hem goed uitkwam etc.
    In hem zag ik vaak een clown die alles verdraaide, gore moppen vertelde, met zijn auto over een fietspad reed, met al zijn kleren aan in de sloot sprong etc.
    Hun vader was zo leuk, durfde dat allemaal en ik corrigeerde hem steeds , was daardoor de boosdoener in ons gezin , ik ben van dit alles ziek geworden, hij niet.
    Wat een puinhoop, stopt dit dan nooit?
    Ja ik heb een nieuw leven opgebouwd, nu 23 jaar na de scheiding, heb werk en lieve mensen om mij heen. Ik heb mijzelf teruggevonden. Maar…toch blijft het gemis van mijn kinderen en kleinkinderen knagen.
    Dank voor je schrijven!
    Merel ( 73)

    1. Dag Merel,
      Dankjewel voor jouw reactie. Ik begrijp heel goed dat je omgekeerd ook de narcist als clown kunt becshrijven. Altijd gericht op een act. Intens verdrietig hoe het zoveel jaren later nog zoveel pijn kan veroorzaken. Take care, mooie Merel.
      Lieve groet, Aurora

  4. Hoe vaak ik heb ik het gezegd in de laatste jaren van ons huwelijk: jij geeft niets, je neemt alleen maar.

    En dat was altijd reden voor een ruzie en was ik altijd degene die afstand creëerde.

    1. Dag SummerMoon,

      Dank voor het delen. Om gek van te worden, de omkeringen. Maar ook bodem om intens vandaan te groeien, omdat we na de relatie met een narcist ZO graag een fijner leven willen.

      Ik was buiten vanochtend vroeg. Zag de volle maan. dacht even aan jou. Ook al is deze maan een herfst maan. 😉 Ik weet dankzij deze blog dat jij en vele anderen ook weer een dag beginnen waar ze iets van proberen te maken. Dus nogmaals: dank voor het delen en een mooie dag gewenst.

      Lieve groet, Aurora

  5. Het lezen van het schrijven hierboven, doet mij altijd harte-pijn. Wetende dat onze zoon in zo’n relatie zit en wij er niets aan kunnen doen. Ik ben nog altijd op zoek hoe wij zijn ogen kunnen open maken… via via, want zelf hebben we geen contact meer met hem en ook niet met ons kleinkind.
    Hartverscheurend is het om alles van jullie te lezen, maar chapeau voor wat jullie nu hebben bereikt.
    Ik duim voor jullie allemaal!

    Lieve groet,

  6. Mooi beeldend omschreven het manipuleren tot langzaam indoctrineren. Het kost jaren los van die opgedrongen gesminckte laag te komen. Nee zeggen (je eigen grenzen aangeven) voelde als niet mee willen werken aan een relatie ‘zoals deze persoon dit wou hebben’. Namelijk jij als ondergeschikte, versus degene die alle macht naar zich toe trok. Je voelde dat er geen ruimte was voor jouw mening; je kreeg een preek (liefst in het bijzijn van de kinderen) en/ of de stiltedood. Dus je liet alles maar met tegenzin gebeuren.
    Onder die sminck zat namelijk die prachtige bloem (jij) die niet mocht schitteren. Deze n. persoon moest en zou controle houden en alle aandacht krijgen.

    Ook al ben je nu verlost van deze persoon, probeer je innerlijke kracht (de veerkracht die wij blijkbaar juist hebben) terug te vinden. Sla rustig je vleugels uit en geniet van de pracht van de kleuren, de wind en de zon op je blote huid en van je vrijheid.

  7. Het meest griezelige vind ik dat achter mijn rug om precies het tegenovergestelde verteld wordt. Ik pas mij aan aan zijn wensen tegemoet te komen Hij verteld tegen anderen dat het mijn eigen keuze is en dat hij er om de lieve vrede maar mee akkoord gaat. Het kan heel lang duren voordat je er achter komt, omdat de mensen om je heen niet doorvragen en als ze dat wel doen, jij, met dezelfde werkwijze, wordt gemanipuleerd om vooral niets te zeggen want hij schaamt zich zo

    1. Dag Anneroos,
      Griezelig is een goed gekozen woord. Het voelt vaak onheispellend, alsof je in een thriller bent beland. En ja, wat zou het fijn zijn wanneer mensen doorvragen in plaats van klakkeloos aannemen… Verdrietig genoeg is dat precies wat velen van ons zelf jaren deden. Vanuit goedgelovigheid en vanuit (veel te veel) empathie.
      Dat ik het jarenlang zelf ook niet inzag geeft me soms iets van troost wanneer ik anderen (hulpverleners, familie) datzelfde zie doen.
      Lieve groet, Aurora

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *